Bij het beoordelingsschema gaan we uit van een verslag als eindproduct. Er wordt uitgegaan van een lezer aan wie het verslag gericht is. De opmerkingen in dit schema zijn uiteraard ook van toepassing op een presentatie of ander eindproduct. In plaats van lezer, kun je kijker of luisteraar invullen.
Prima
Voldoende
Onvoldoende
Probleemstelling / onderzoeksvraag
Maximaal 10 punten
Duidelijke formulering. De lezer weet wat hij/zij van het onderzoek kan verwachten.
Het is goed haalbaar om antwoord op deze onderzoeksvraag te geven.
De kern van de onderzoeksvraag is duidelijk, maar het is niet geheel duidelijk welke kant het onderzoek op zal gaan.
De onderzoeksvraag kan voor een groot deel beantwoord worden.
Het wordt uit de onderzoeksvraag niet duidelijk waar het onderzoek over zal gaan.
Het is onhaalbaar om een goed antwoord op de onderzoeksvraag te vinden.
"Structuur
Maximaal 20 punten"
De opbouw van het verslag is logisch en helder.
De opbouw van het verslag is soms warrig of onlogisch.
Er zit nauwelijks structuur in het verslag. Er is geen logische volgorde en de lezer kan het moeilijk volgen.
"Inhoud
Maximaal 50 punten"
Je gebruikt nuttige vaktermen en begrippen en je gebruikt ze op de juiste manier.
De verschillende onderdelen van het verslag sluiten inhoudelijk goed op elkaar aan.
De gekozen thema’s worden duidelijk en uitvoerig uitgewerkt.
Je geeft duidelijk aan wat jouw/jullie mening is.
Je hebt het onderwerp op een veelzijdige manier beschreven. Je hebt verschillende aspecten behandeld en een compleet beeld gegeven.
Je gebruikt nuttige vaktermen, maar niet altijd op de juiste manier. Je maakt weinig gebruik van vaktermen.
De verschillende onderdelen van het verslag sluiten inhoudelijk niet altijd op elkaar aan.
De gekozen thema’s worden niet allemaal duidelijk behandeld.
Jouw/jullie mening had duidelijker naar voren mogen komen. De argumentatie is niet altijd even sterk.
Je hebt af en toe belangrijke aspecten weggelaten, waardoor het verslag net niet compleet is.
Je maakt niet of nauwelijks gebruik van begrippen die bij het vak horen. Je gebruikt vaktermen op een verkeerde manier.
De verschillende onderdelen van je verslag hebben weinig met elkaar te maken. Er zit weinig verband tussen de hoofdstukken.
De gekozen thema’s worden oppervlakkig behandeld.
Het is niet duidelijk wat jouw/jullie mening is. De argumentatie is zwak.
Je hebt maar een heel klein deel van het onderwerp bekeken en je verslag laat geen andere kant van het verhaal zien. Het is niet compleet.
"Onderzoeksvraag beantwoord
Maximaal 20 punten"
Je hebt een duidelijke en goede conclusie getrokken. Je hebt een volledig antwoord op de onderzoeksvraag gegeven.
"Je hebt de onderzoeksvraag niet volledig beantwoord.
Je conclusie behandelt wel de meeste aspecten uit de onderzoeksvraag."
Je hebt niet of nauwelijks antwoord gegeven op de onderzoeksvraag. Je conclusies zijn niet compleet of slecht beargumenteerd.